Voorjaarslicht

Voorjaarslicht

 

’s Morgens vroeg, half zeven

geruisloos wekt ‘t  licht het  leven.

Ga je mee? Heb je even?

 

Straks voert de trein

over de  “eigen” oude lijn

ons naar het Buiten Cronesteijn.

 

(Het duurt maar een kwartier.)

Weet je, daar staat de tijd op een kier

je kijkt er van eeuwen her naar hier.

 

Daar, aan de oever van de oude gracht,

nog door Corbulo’s romeinen aangebracht,

zweeft de lente in het zeelicht * o zo teer en zacht.

 

Je kan er wandelen, picknicken in het gras

En ik las

Dat daar ooit de eerste windkracht gevangen was

 

s Middags gaan we naar de Meije,

door de bloesemende groene vergezichten rijen,

‘t het gouden licht zich over ‘t  water neer zien vlijen

 

 

de dorpsdichter zag in het lentelicht

de schoonheid,  de weelde en het ritme waarin wij dagelijks leven

de kracht ook die ons draagt

  • en wij maar denken dat dat gewóón is

 

    • het zonlicht dat op de golven valt weerkaatst weer voor een deel,  diffuus in het wolkendek..

dat zorgt in onze streek voor tintelend licht.